Deze pagina is automatisch vertaald.
Peter kwam uit een familie van bankiers. Hij studeerde geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Op 21-jarige leeftijd ging hij naar Caux, werd zo gegrepen door wat hij meemaakte dat hij zijn studie staakte. Vanaf ongeveer 1950 verbleef hij een aantal jaren in het Ruhrgebied in Duitsland. In het begin was het moeilijk. Hij wantrouwde de Duitsers. Een van zijn broers had in een concentratiekamp gezeten. Terwijl hij daar werkte, besloot Peter dat hij "alle Duitsers het beste wilde wensen". Hij werkte met de MRA in Pakistan, India en veel landen in Latijns-Amerika. In 1986 werd hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau voor zijn bruggenbouwend werk, waaronder het mede-organiseren van de Ronde Tafel van Caux, een initiatief om de handelsbetrekkingen tussen Japan, Europa en de VS te verbeteren. In 1993 ontving Peter de Commandeur in de Orde van Verdienste van de Republiek Colombia, opnieuw voor zijn bruggenbouwerswerk, dit keer tussen de Colombiaanse ambassade in Den Haag en het Ministerie van Buitenlandse Zaken in Nederland. Hij heeft een groot aantal boeken geschreven, onder andere over de rol van Duitsland in Europa en het belang van het Latijns-Amerikaanse continent. Met zijn vrouw Digna begon hij in de jaren zestig Sing-Out Nederland en initieerde hij talloze gelegenheden in de MRA centra in Wassenaar en Den Haag voor mensen in het openbare leven. Toen hij in 1996 overleed, beschreef een landelijk dagblad hem als de leider van de MRA in Nederland.